Er is een ware knikker-hype ontstaan de afgelopen jaren. Het is ongekend. Een ware Marble Mania, waardoor de prijzen maar de spuigaten uitlopen. Het is zelfs zo’n chaos, dat er een tv-programma naar vernoemd is. En er is maar een beperkte hoeveelheid materiaal voor de knikkers, dus dan kun je op je klompen aanvoelen (ook wel op je schoenen) dat de prijzen stijgen en stijgen. Peperduur die dingen.
Prachtige knikkers. Wie heeft de meeste? En wie de mooiste? Hoe meer je er hebt en hoe mooier ze zijn, hoe liever iemand anders die mooie knikkers wil hebben. Een tweedekker. Een driedekker. Een parelmoertje. Een Turtle. Tegenwoordig kun je het zo gek niet verzinnen of ze zijn er grotere, mooiere, groenere en modernere knikkers dan je ooit zag.
Maar er zijn er helaas steeds minder van. Steeds minder knikkers, voor steeds meer mensen in de wereld. De voorraad is namelijk eindig. Allemaal willen we er één. Sterker nog, allemaal MOETEN we er één. En liever nog meer. Want hoe meer je hebt, hoe meer je met winst weer door kunt verkopen. Dus zijn we allemaal bereid om krom te gaan liggen voor die zeldzame knikkers die iedereen wil hebben. ‘My kingdom for a marble’. Dan maar een maandje minder eten. Een jaartje geen vakantie. Een niertje minder. Een extra hypotheekje. Een baantje extra. En zo wordt het steeds lastiger om aan knikkers te komen. Hoe moet je ooit aan het spel beginnen, zonder knikkers?
Waren het maar knikkers. De aandachtige lezers onder u zullen doorhebben dat de knikkers natuurlijk een metafoor zijn voor de woningmarkt. Maar de metafoor gaat natuurlijk compleet mank; een knikker keil je zo de sloot in. Niets meer aan doen. Dat gaat met een huis niet. Een huis is iets waar je leeft. Het is iets waar je woont. Waar je slaapt. Waar je komt na een lange dag vergaderingen waarvan je nooit dacht dat ze zouden eindigen. Waar je kinderen opgroeien. Waar je het Nederlands elftal weer roemloos gelijk ziet spelen tegen Noorwegen. Waar je je thuis voelt. Waar je lacht. Waar je huilt. Waar je je verjaardag viert. En waar je, met een beetje geluk, op hoge leeftijd je laatste adem uitblaast. Het is een recht om een thuis te hebben. En het is een noodzaak.
Noodzaken zouden niet als knikkers behandeld moeten worden. Als een verzamelobject, waar je leuk naar kunt kijken of mee kunt rollen. Als iets wat je lachend wegkeilt in een sloot. En als iets om zoveel mogelijk winst uit te knijpen. Stel je voor dat iemand drinkwater begint op te potten. Of een medicijn. Of lucht. Of kleding. Of onderwijs. Waarom gebeurt dit dan wel met woonruimte? In een paar jaar tijd zijn huizen qua prijzen één keer, twee keer, drie keer over de kop gegaan. Je kunt een flinke schaterlach niet onderdrukken, als je je afvraagt of dat ook geldt voor je loon.
Een Tulpenmania. Marble Mania. Met het verschil dat je zonder tulpen of knikkers niet dakloos bent. Het is zoals het altijd is; degene die als eerste in de rij staat, is spekkoper. En net als met cryptomunten is de laatste die in de rij aansluit, de lul. Die mag niet meespelen.